terug naar nwz.nl

Slijtage (artrose) van de achtervoet - behandeling

Als het laagje kraakbeen op de botten van het enkelgewricht beschadigt of dunner wordt, spreken we van slijtage (artrose). Dit kan ontstaan bij het ouder worden, maar bijvoorbeeld ook door een breuk in het verleden. Afhankelijk van de ernst zijn bij een versleten enkel de volgende behandelingen mogelijk:

  • pijnstillers of ontstekingsremmende medicijnen
  • fysiotherapie
  • aangepaste (orthopedische) schoenen of ondersteunende zolen
  • prik met verdovende en ontstekingsremmende medicijnen


Als (een van) deze behandelingen onvoldoende helpen, kunt u in overleg met uw orthopedisch chirurg een operatie overwegen. Hierbij zet de orthopedisch chirurg het enkelgewricht vast (arthrodese). U kunt dan uw achtervoet niet meer bewegen, maar u heeft ook geen pijn meer.

Hoe bereidt u zich voor op de behandeling?
De chirurg legt goed uit hoe u zich op de behandeling, een eventuele operatie en de periode van herstel kunt voorbereiden. Meer informatie over de behandelmogelijkheden en de operatie leest u in de folder ‘Artrose van de achtervoet’. U vindt deze folder rechts in het menu, onder de kop ‘Folders’. 

Wat kunt u na de behandeling verwachten?
Na de operatie krijgt u gips om uw onderbeen. Dit gips laat u na 1 tot 2 weken vervangen op de gipspolikliniek. U krijgt dan kunststof gips. U draagt in totaal 8-12 weken gips. u mag de eerste 4-6 weken niet op uw geopereerde voet lopen.
Als uw enkel is vastgezet, heeft u na de ingreep geen pijn meer. De beweeglijkheid van uw enkel is na deze operatie kleiner. 

Meer informatie

Er zijn geen suggesties voor meer informatie beschikbaar.