Voordat we in Noordwest Orthopedisch centrum een infectie van een gewrichtsprothese behandelen doen we eerst uitgebreid onderzoek. Lees bij het ziektebeeld meer informatie over onderzoek en diagnose van prothese-infectie.
Behandeling
De behandeling van een prothese-infectie is voor iedere patiënt anders. Het is namelijk afhankelijk van een aantal factoren:
- het type infectie: acuut of chronisch
- welke bacterie (of schimmel) veroorzaakt de infectie en met welk antibioticum is de bacterie te bestrijden
- de gezondheid van het bot, de spieren en de huid rondom de prothese
- de gezondheid van de patiënt, medicijngebruik
Operatie
Bij een acute prothese-infectie maakt de orthopedisch chirurg het geïnfecteerde gebied schoon. Hierbij verwijdert de chirurg het slijmvlies van het gewricht (synovium), wisselt alle vervangbare onderdelen van de prothese en spoelt uitgebreid het gewricht schoon. Direct hierna start u met antibiotica. De eerste 1 tot 2 weken na de operatie krijgt u de antibiotica via het infuus. Als het daarna goed gaat, mag u naar huis. De totale antibiotische behandeling (met tabletten) duurt minstens 6 weken maar kan oplopen tot een half jaar. Na de operatie mag u het gewricht direct belasten en oefent u met de fysiotherapeut.
Bij een chronische infectie is het schoonmaken van het gewricht niet meer mogelijk, omdat de bacteriën zich hebben genesteld op de prothese. De prothese moet dan verwijderd worden om de bacterie te bestrijden. Dit noemen we een revisie operatie. Vaak wordt er dan voor gekozen de prothese tijdelijk te verwijderen. Ook wordt er tijdens het verwijderen van de prothese wordt zoveel mogelijk geïnfecteerd weefsel verwijderd. Meestal bent u een periode van ongeveer 6 weken zonder prothese. Zo nodig helpt de fysiotherapeut u bij het mobiliseren. Na het verwijderen van de prothese krijgt u gedurende minimaal 6 weken antibiotica. Als het dan goed met u gaat, krijgt u in de meeste gevallen een nieuwe prothese.
In uitzonderlijke gevallen kan in dezelfde ingreep een nieuwe prothese geplaatst worden. Ook dan is langdurig antibiotica nodig.
Bij het plaatsen van de nieuwe prothese neemt de orthopedisch chirurg opnieuw lichaamsvocht en weefsel af. De totale behandelduur van antibiotica zal minstens 12 weken zijn vanaf de eerste operatie. In specifieke gevallen, waarbij bijvoorbeeld de bacterie niet voldoende reageert op de behandeling, verloopt de behandeling anders.
Antibiotica
Er bestaan veel verschillende soorten antibiotica. Soms krijgt u een combinatie van 2 of 3 soorten . Dit is afhankelijk van de bacterie die de infectie veroorzaakt en voor welk antibioticum deze gevoelig is. Antibiotica bestaat in verschillende vormen: tabletten, capsules, drankjes, als injectie of via het infuus. Na een operatie wordt er meestal gestart met antibiotica via het infuus, waarna u over kan op antibiotica in tabletvorm.
Het kan zijn dat u bijwerkingen krijgt. De meest voorkomende bijwerking is diarree. Dit gebeurt omdat de antibiotica ook de goede darmbacteriën dood. Andere bijwerkingen zijn misselijkheid, verminderde eetlust, jeuk/huiduitslag tandverkleuringen en schimmelinfecties. Het kan zijn dat u allergisch blijkt te zijn voor een bepaald soort antibiotica. U kunt ook benauwd worden. Mocht dit gebeuren dan moet u altijd direct contact opnemen met uw arts.
Na ontslag
Als u antibiotica via het infuus krijgt dan kunt u soms met een infuus naar huis. Er komt dan iemand van de thuiszorg bij u thuis de antibiotica toedienen. Eenmaal thuis komt u regelmatig naar het ziekenhuis voor controle van uw bloed en de wond. Na een prothese-infectie volgt vaak een lange periode van herstel. Soms wel tot 1 jaar. De herstelperiode is nodig om weer een goed functionerend (kunst)gewricht te krijgen
Tijdens de behandeling wordt u begeleid door de orthopedisch chirurg en de infectioloog. Er is ook regelmatig overleg tussen de orthopedisch chirurg, infectioloog en de medisch microbioloog om voor u de beste behandeling te bepalen (multidisciplinaire behandeling).